Lauwen, E., Mast, R.C. van der, Comijs, H.C., Waal, M.W.M. de, Giltay, E. J.
Locatie(s): Johannes Ramaer Zaal
Categorie(ën): Epidemiologie; Psychotherapie; Symposium
ACHTERGROND
Veroudering gaat gepaard met verlaging van het vrije testosteron in serum, meer uitgesproken bij mannen dan bij vrouwen. Er zijn aanwijzingen dat sterk verlaagd vrij testosteron bij mannen en vrouwen geassocieerd is met klachten van vermoeidheid, prikkelbaarheid en depressiviteit. Over de relatie tussen vrij testosteron en depressie bij mannen en vrouwen met een DSM-IV-depressieve stoornis is weinig bekend.
DOEL
In dit onderzoek werd bij oudere mannen en vrouwen de relatie onderzocht tussen enerzijds totaal en vrij testosteron in serum, en anderzijds de aanwezigheid van een depressieve stoornis, met en zonder comorbide angststoornis.
METHODE
Dit onderzoek maakt deel uit van de NEtherlands Study of Depression in Older people (NESDO) [1], waarvoor 378 ouderen met een depressieve stoornis en 132 controle-ouderen van 60 tot 93 jaar werden geïncludeerd. Depressieve stoornis en angststoornis werden vastgesteld met het Composite International Diagnostic Interview (CIDI; WHO version 2.1). Op basis van totale testosteron en Sex Hormone Binding Globulin (SHBG) bij baseline werd het vrije testosteron berekend. In de multivariate analyses werd geadjusteerd voor leeftijd, body mass index, opleidingsniveau, alcoholgebruik, rookgedrag, lichamelijke activiteit en gebruik van antidepressiva.
RESULTATEN
Het gemiddelde vrije testosteron was significant lager bij de 126 mannen met een depressieve stoornis in vergelijking met de 46 controlemannen (geadjusteerde gemiddelde: 288 ± 10 nmol/L versus 339 ± 18 nmol/L; P=0.03). Bij 39 van deze depressieve mannen, die ook een comorbide angststoornis hadden, was het gemiddelde vrije testosteron echter niet verschillend van de controlemannen (geadjusteerde gemiddelde: 311 ± 17 nmol/L versus 337 ± 18 nmol/L;P=0.35).
Bij vrouwen was dezelfde trend zichtbaar, maar werden geen significante verschillen gevonden bij de 242 depressieve vrouwen versus 73 controlepersonen (geadjusteerde gemiddelde 13.5 ± 0.5 nmol/L versus 15.1 ± 1.1 nmol/L; P=0.21), en de 101 vrouwen met comorbide angststoornis (geadjusteerde gemiddelde: 13.9 ± 0.8 nmol/L versus 15.1 ± 1.1 nmol/L;P=0.43), in vergelijking met de 73 controlevrouwen.
CONCLUSIE
Verlaagd vrij testosteron is bij mannen gerelateerd aan de aanwezigheid van een depressieve stoornis op oudere leeftijd. In aanwezigheid van een comorbide angststoornis verdwijnt echter het verband tussen laag vrij testosteron en depressie.
LITERATUUR
1. Comijs, H.C., et al., The Netherlands study of depression in older persons (NESDO); a prospective cohort study. BMC Res Notes, 2011. 4(1): p. 524.