Sluiten Toegevoegd aan Mijn programma.
Sluiten Verwijderd uit Mijn programma.
Terug Home

NVvP

vrijdag 12 april 2013 15:45 - 17:15u

S61.4 Genoom-wijde interactiestudie identificeert een gen dat de kwetsbaarheid voor cannabis reguleert

Boks, M.P.M.

Locatie(s): Pieter Baan Zaal

Categorie(ën): Bijscholing; Symposium

ACHTERGROND

Er is overtuigend bewijs dat cannabis geassocieerd is met het vóórkomen van psychotische ervaringen in de populatie. Hoewel een deel van die associatie verklaard kan worden door confounding, zijn er ook sterke aanwijzingen dat cannabis invloed heeft op de oorzaken van psychose. Er zijn echter grote individuele verschillen in de gevoeligheid voor het ontwikkelen van psychose door cannabis. Dergelijke verschillen zijn gedeeltelijk genetisch gereguleerd.

 

DOEL

Door de genen te identificeren die de kwetsbaarheid voor cannabis bepalen, kunnen we meer inzicht krijgen in de werking van cannabis op het brein en bovendien de oorzaken van psychose beter doorgronden.

 

METHODEN

Studies bij patiënten zijn beperkt door medicatiegebruik en klinische heterogeniteit. Onderzoek in de gezonde populatie biedt daarom het voordeel dat kwetsbaarheid onderzocht kan worden en dat het mogelijk is de meest informatieve deelnemers uit een populatie te selecteren om de power te vergroten. We verzamelden een cohort van 1263 mensen geselecteerd voor hoog of afwezig cannabisgebruik die genoom-wijd gegenotypeerd werden, en van wie cannabisgebruik en psychotische ervaringen werden gemeten. De genetische interactie tussen cannabis en psychose werd geanalyseerd na correctie voor multipel testen.

 

RESULTATEN

Na uitgebreide kwaliteitscontrole is er één gen dat een genoom-wijde significante interactie tussen cannabis en psychose laat zien. Verdere functionele onderzoeken laten zien dat dit gen een belangrijke rol speelt in synaptic pruning en modificaties van het endocannabinoid-systeem.

 

CONCLUSIE

In deze studie identificeren we een gen dat de interactie tussen cannabisgebruik en psychose medieert. Zowel preklinische studies als onderzoek bij schizofreniepatiënten zal moeten aantonen wat de verdere implicaties zijn van deze interactie.