Borsboom, D., Deserno, M., Kerkhof, G.A.
Locatie(s): 0.4 Brussels / 0.5 Paris
Categorie(ën): Neurowetenschappen; Symposium
ACHTERGROND
Door de snelle ontwikkeling van methoden om complexe netwerkstructuren te bepalen voor empirische data, is de mogelijkheid ontstaan om de connectiviteit tussen psychopathologische klachten in te schatten. In dit onderzoek werden zulke methoden gebruikt om de rol van slaap in een breder verband te verhelderen.
DOEL
Het bepalen van de plek van slaapverstoringen (parasomnia, hypersomnia en insomnia) in een netwerkstructuur van algemene psychopathologische klachten.
METHODEN
Er werden twee netwerken geconstrueerd: één gebaseerd op de structuur van de DSM-IV (waarin symptomen verbonden worden als ze bij dezelfde stoornis horen) en één gebaseerd op empirische data van een groot aantal patiënten bij een slaapkliniek (waarin symptomen verbonden worden als ze significante (partiële) correlaties vertonen).
RESULTATEN
Insomnia blijkt in het DSM-IV-netwerk een van de meest centrale symptomen te zijn, en heeft zelfs van alle symptomen de meeste verbindingen met andere symptomen. Ook in het empirische netwerk speelt insomnia, zeker vergeleken met andere slaapsymptomen, een belangrijke rol.
CONCLUSIE
Gegeven de centrale positie van slaapproblemen in zowel diagnostische systemen als empirische data ligt het niet voor de hand slaapproblemen zuiver als bijverschijnsel van psychopathologische stoornissen te zien. Waarschijnlijker is dat slaap een centrale rol speelt bij het ontstaan en in stand houden van psychologische problematiek.