Schaik, D.J.F. van, Peyrot, W.J.
Locatie(s): Auditorium 1
Categorie(ën): Epidemiologie; Symposium
ACHTERGROND
Er is in toenemende mate interesse in de rol van genetische en omgevingsfactoren en hun interactie op de prevalentie en het beloop van depressies. In de Nederlandse Studie naar Depressie en Angst (NESDA) is onderzocht in hoeverre de serotonine-transporter-gelinkte polymorfe regio (5-HTTLPR) en enkele omgevingsfactoren van invloed zijn op prevalentie en beloop van depressie.
DOEL
Inzicht krijgen in mogelijke directe en interactie-effecten van 5-HTTLPR en vier omgevingsfactoren (stressvolle levensgebeurtenissen, seksueel misbruik, scholingsniveau en jeugdtrauma) op de prevalentie en het beloop van depressie.
METHODE
Het cohort bestaat uit 1625 patiënten met een door CIDI gediagnosticeerde depressie en 1698 gescreende gezonde controlepersonen uit Nederland. Er werden vier depressie- uitkomstmaten gebruikt als afhankelijke variabelen: een hoofdprevalentie-uitkomstmaat (depressieve patiënten tegenover gezonde controlepersonen), twee ernstigere-depressie-uitkomstmaten (suïcidale depressieve patiënten tegenover gezonde controlepersonen en chronisch depressieve patiënten tegenover gezonde controlepersonen) en een beloops-uitkomstmaat (chronisch tegenover niet-chronisch depressieve patiënten).
Omdat de SNP rs25531 het effect van 5-HTTLPR beïnvloedt, werden 5-HTTLPR/rs25531-haplotypes gemeten. De directe effecten van 5-HTTLPR/rs25531-haplotypes, de directe effecten van vier omgevingsfactoren (stressvolle levensgebeurtenissen, seksueel misbruik, scholingsniveau en jeugdtrauma) en hun interactie-effecten op de vier depressie-uitkomstmaten werden bepaald in logistische regressiemodellen.
RESULTATEN
De omgevingsfactoren hadden grote en consistente effecten op zowel de prevalentie als het beloop van depressie. Het 5-HTTLPR/rs25531-haplotype had een suggestief effect op het beloop, maar niet op de prevalentie van depressie. Er was geen significante gen- omgevingsinteractie tussen het 5-HTTLPR/rs25531-haplotype en de omgevingsfactoren.
CONCLUSIE
De omgevingsfactoren hadden een groot effect op de prevalentie en het beloop van depressie, maar er werd geen gen-omgevingsinteractie gevonden.