Megen, H.J.G.M. van, Kleinhofmeijer-Sevink, M., Oppen, P. van, Balkom, A.J. van
Locatie(s): 2.1 Colorado
Categorie(ën): Epidemiologie; Symposium
DOEL
Het doel van de studie is (1) onderzoeken hoe deze onderzoeksgroep zich verhoudt qua ernst en comorbiditeit ten opzichte van internationale datasets; (2) onderzoek naar de comorbiditeit; (3) het zorggebruik en de financiële consequenties van het hebben van een obsessieve compulsieve stoornis (OCS); (4) onderzoek welke consequenties een vroeg begin van de aandoening heeft voor het beloop en de behandelbaarheid.
METHODE
De methode bestaat uit een multicenter, naturalistisch longitudinaal onderzoek bij 419 OCS-patiënten gedurende 6 jaar. Evaluatie van basisgegevens.
RESULTATEN
De gemiddelde Y-BOCS-score was 20. De gemiddelde duur van de aandoening bij inclusie was 17 jaar, aanvang van de ziekte was gemiddeld rond het 17de levensjaar. Slecht 30% heeft een milde aandoening, 70% ernstiger dan dat. 63% had een comorbide depressieve stoornis, 45% een comorbide angststoornis.
CONCLUSIE
Er is een hoge comorbiditeit met stemmings- en angststoornissen. De zorgconsumptie bij OCS is hoog. De situatie in dit Nederlandse cohort komt grotendeels overeen met die van internationale onderzoeksgroepen. Er zijn geen aanwijzingen dat een vroeg begin van de aandoening een indicatie vormt voor een ernstiger verloop van de aandoening.