Oort, F.V.A. van
Locatie(s): Auditorium 2
Categorie(ën): Epidemiologie; Symposium
ACHTERGROND
Stress op jonge leeftijd is een risicofactor voor angst en depressie. Een veelbelovend mechanisme voor dit verband is dat stress op jonge leeftijd leidt tot epigenetische veranderingen in de promotorregio's van genen die meespelen in stressreactiviteit. Epigenetische veranderingen blokkeren het aflezen van deze genen, vaak voor langere tijd. Het gevolg is dat de neuro-endocriene respons op stress verandert. Dit leidt tot een langdurig vergroot risico op ziekte. Dierstudies hebben veel inzicht gegeven over epigenetische regulatie van het glucorticoid receptor-gen (GR-gen) in de hippocampus.
DOEL
Toetsen of ook voor mensen geldt dat ongunstige omstandigheden (stress) vroeg in het leven de kans op angst en depressie verhogen via epigenetische regulatie van stressreactiviteit.
METHODEN
Het onderzoek wordt uitgevoerd binnen de TRAILS. TRAILS volgt 2.230 kinderen (10-12 jaar) tot ze volwassen zijn (25 jaar). Jongeren worden iedere 2 à 3 jaar uitgebreid gemeten; inmiddels zijn gegevens beschikbaar tot 20 jaar. Bij de derde meting (16 jaar) is bloed afgenomen. In het DNA is C-p-G-methylering bepaald voor de genen GR, SERT en COMT.
RESULTATEN
Pilotresultaten (N=116) laten zien dat methylering van het GR-gen hoger is bij ongunstiger perinatale omstandigheden en bij hogere stress in de kindertijd (0-5 en 6-11 jaar), maar lager bij stressvolle gebeurtenissen in de adolescentie en bij misbruikervaringen voor het 16e jaar. Hogere methylering is geassocieerd met hoge scores voor angst- en depressiesymptomen voor het GR-gen en voor het SERT-gen. Methylering van COMT en SERT is hoger bij misbruikervaringen. Tijdens de presentatie zullen meer resultaten beschikbaar zijn.
CONCLUSIE
De eerste resultaten bevestigen deels de eerder gevonden resultaten in dieronderzoek. Methylering van de drie stressregulatie-genen lijkt een schakel te zijn tussen stress en angst- en depressiesymptomen. Verder onderzoek naar de inconsistenties is essentieel.