Sluiten Toegevoegd aan Mijn programma.
Sluiten Verwijderd uit Mijn programma.
Terug Home

NVvH

donderdag 30 mei 2013 12:30 - 13:30

Een population-based analyse van de incidentie en overleving van weke delen tumoren

Verhoeven, R.H.A., Lemmens, V.E.P.P., Geel, A.N. van

Locatie(s): Foyer

Categorie(ën): Posters

De incidentie en overleving van weke delen tumoren is relatief weinig beschreven op basis van Nederlandse population-based data. Het doel van onze studie is dan ook om een overzicht te geven van het voorkomen en de overleving van weke delen tumoren in een regio van Nederland.

Wij hebben gebruik gemaakt van data van een regionale kankerregistratie. In de regio van deze kankerregistratie wonen 2,3 miljoen mensen en zijn 10 ziekenhuizen gevestigd. Voor de analyses over het voorkomen van weke delen tumoren is gebruik gemaakt van data van de periode 2005-2010. Voor de overlevingsanalyses is data gebruikt van de periode 1970-2010. We hebben 5-jaars relatieve overleving berekend. Relatieve overleving wordt berekend door de overleving van de patiënten te delen door de te verwachte overleving op basis van de Nederlandse bevolking. Relatieve overleving is een internationaal geldende benadering van kankerspecifieke overleving. Tumoren die primaire gelokaliseerd waren in het bot of kraakbeen zijn niet meegenomen in deze studie.

In de periode 2005-2010 zijn in totaal 680 weke delen tumoren gediagnosticeerd in de 10 ziekenhuizen in de regio. Dat zijn voor de gehele regio gemiddeld 113 tumoren per jaar en gemiddeld 11 tumoren per jaar per ziekenhuis. De meest voorkomende type tumoren waren gastrointestinale stromaal sarcomen (GIST) (n=115, 16%) en leiomyosarcomen (n=111, 16%). De meest voorkomende primaire lokalisaties waren de extremiteiten (n=169, 24%), de gastrointestinale organen (n=126, 18%) en de zenuwen en weke delen van de thorax, abdomen en pelvis (n=111, 16%). In totaal onderging 76% van de patiënten enige vorm van chirurgie (inclusief lokale excisies), 20% van de patiënten onderging een (uitgebreide) resectie van de tumor. De 5-jaars relatieve overleving van alle weke delen patiënten samen steeg van 43% in 1970-1974 naar 62% in 2005-2010, voor geopereerde patiënten steeg de overleving van 53% naar 74% in diezelfde periode. Patiënten met een dermatofibrosarcoom of een kaposi sarcoom hadden de beste 5-jaars relatieve overleving in de periode 2000-2010, van respectievelijk 100% (95% betrouwbaarheidsinterval (95% BI): 97%-103%) en 90% (95% BI: 73%-107%), terwijl patiënten met een angiosarcoom of een niet nader gespecificeerd sarcoom de slechtste overleving hadden, respectievelijk 25% (95% BI: 13%-36%) en 37% (95% BI: 29%-45%).

Concluderend kunnen we stellen dat het gemiddeld aantal weke delen tumoren dat per jaar in een ziekenhuis wordt gediagnosticeerd relatief laag is met 11 tumoren per jaar en dat de overleving van weke delen tumoren aanzienlijk verbeterd is sinds de jaren ‘70.