Sluiten Toegevoegd aan Mijn programma.
Sluiten Verwijderd uit Mijn programma.
Terug Home

NVvH

vrijdag 31 mei 2013 9:30 - 9:40

De aanwezigheid en klinische relevantie van lymfkliermetastasen na chemoradiatie bij patiënten met een rectumcarcinoom. Resultaten van een meta-analyse bij 2026 patiënten

Peeters, K.C.M.J., Maas, M., Valentini, V., Rödel, C., Kuo, L., Calvo, F., Garcia-Aguilar, J., Glynne-Jones, R., Pucciarelli, S., Suarez, G., Theodoropoulos, G., Biondo, S.

Voorzitter(s): Dr. J.W.A. Burger & dr. J.M.T. Omloo

Locatie(s): Zaal 80/81

Categorie(ën): Parallelsessie; Topic: colorectaal

Voor lokaal uitgebreide rectumcarcinomen met bedreiging van de mesorectale fascie wordt veelal neoadjuvante chemoradiatie (CRT) gegeven. Dit leidt vaak tot downsizing waardoor de kans op een radicale resectie toeneemt. Indien er sprake is van een duidelijke klinische respons na de CRT kan zelfs een lokale tumorexcisie overwogen worden.

Voor vroege rectumcarcinomen (ypT1) is lokale excisie zonder voorafgaande radiotherapie een geaccepteerde behandeling. Om tot een patiëntenselectie te komen is een nauwkeurige preoperatieve work-up van groot belang: de doorgroei door de darmwand dient immers beperkt te zijn en er dienen geen aanwijzingen te zijn voor lymfkliermetastasen. Er zijn data voorhanden betreffende de correlatie tussen de doorgroei door de darmwand en de kans op lymfkliermetastasen in deze patiëntengroep. Hierdoor kunnen patiënten geïdentificeerd worden die voor een lokale excisie in aanmerking komen. Voor patiënten die CRT krijgen is deze correlatie echter veel minder bekend. In deze studie werd de correlatie onderzocht tussen ypT en ypN stadium bij patiënten die CRT en TME chirurgie ondergingen in verband een lokaal voortgeschreden rectumcarcinoom. Ook werd nagegaan wat de klinische relevantie is van lymfkliermetastasen.

Methoden

Patiënten werden geïncludeerd vanuit een dataset bestaande uit 10 gepubliceerde studies. Deze afzonderlijke studies onderzochten allen de rol van CRT bij patiënten met een rectumcarcinoom. Het percentage patiënten met positieve lymfklieren per ypT stadium werd d.m.v. random effect model berekend. Voor de overlevingsanalyses werden Kaplan Meier curves berekend.

Resultaten

Er werden 2026 patiënten geanalyseerd. De gepoolde proporties van patiënten met ypN positieve ziekte per ypT stadium was alsvolgt: ypT0 6.6%, ypT1 12.6%, ypT2 17.1%, ypT3 40.0% en ypT4 45.7%.

Patiënten met ypN positieve ziekte hadden vaak een lokaal recidief na 5 jaar (16.0% vs. 6.0%, P<0.001), als ook afstandsrecidieven (44.1% vs. 17.3%). Ziektevrije en algehele overleving waren eveneens slechter: 45.8% vs. 73.6% resp. 62.9% vs. 82.4%.

Interpretatie

De correlatie tussen ypT en ypN stadium bij patiënten die preoperatief CRT krijgen is vergelijkbaar met die van patiënten die geen voorbehandeling hebben ondergaan. De aanwezigheid van lymfkliermetastasen is in deze patiëntengroep prognostisch ongunstig. Dat betekent dat in geval van lokale excisie na CRT er een reële kans bestaat op het achterlaten van positieve lymfklieren, zelfs indien er substantiële tumorrespons is t.g.v. CRT. Lokale excisie na CRT lijkt voorbehouden aan patiënten bij wie gunstige primaire tumorkenmerken worden vastgesteld (goed gedifferentieerd, afwezigheid van perineurale en lymfangio-invasie etc.) en die voorafgaand aan CRT geen aanwijzingen hebben voor lymfkliermetastasen.