Lokale excisie na (chemo)radiotherapie voor de behandeling van rectumcarcinomen in Nederland
Bökkerink, G.M.J, Leijtens, J.W.A., Hingh, I.H.J.T. de, Beets, G.L., Tanis, P.J., Ven, A.W.H. van de, Hoff, C., Graaf, E.J.R., Wilt, J.H.W de
Voorzitter(s): Dr. J.W.A. Burger & dr. J.M.T. Omloo
Locatie(s): Zaal 80/81
Categorie(ën): Parallelsessie; Topic: colorectaal
Rectumsparende behandelingen worden steeds vaker toegepast bij patiënten met een rectumcarcinoom. Neo-adjuvante (chemo)radiotherapie, gevolgd door minimaal invasieve, transanale chirurgie is de meest toegepaste rectumsparende behandelingsstrategie. Er is nog maar weinig bekend over de oncologische resultaten van deze behandeling, maar ook over de morbiditeit op korte termijn is maar een beperkt aantal publicaties verschenen.Het doel van ons onderzoek was om te inventariseren aan welke patiënten deze therapie wordt aangeboden en wat de morbiditeit van de behandeling op korte termijn is. Alle patienten met een rectumcarcinoom die een transanale resectie ondergingen na neoadjuvante (chemo)radiotherapie in zeven ziekenhuizen in Nederland werden geïncludeerd. Alle gegevens werden verkregen uit de medische status.75 patiënten werden geïncludeerd en geanalyseerd. 45 mannen (60%) en 30 vrouwen (40%). De gemiddelde leeftijd was 71jaar (± 15) en de gemiddelde BMI 26.7 (± 5.1). De preoperatieve work-up bestond uit endoscopie (94.7%), MRI (82.6%), endorectale echografie (41.4%), X-thorax (80%), CT-thorax (64.2%), CT abdomen (73.6%) en echo abdomen (21.9%).Patiënten werden behandeld met (chemo)radiotherapie in 5 verschillende schema’s; 5x5Gy met een kort interval (4 ±2 dagen) N=12, 5x5Gy met een lang interval (10.5 ± 6.4 weken) N=36, 13*3Gy (gemiddeld interval 26.5 ± 7. 8 weken) N=2, 25x2Gy (interval 15 weken) N=1, of chemoradiotherapie (gemiddeld interval 10.5 ± 6.4 weken) N=24. Responsevaluatie vond plaats bij 68,0% van de patiënten, 46,7% onderging endoscopie, 38,7% MRI en 17,3% endorectale echografie.De verdeling in pTstadia was als volgt: ypT0 (N=22), ypTis (N=3), ypT1 (N=12), ypT2 (N=22),ypT3 (N=15) en ypTx (N=1). In 5 preparaten werden lymfeklieren gevonden; alle negatief. In 18.9% van de preparaten was er sprake van positieve resectie marges (≤1mm). De gemiddelde grootte van het resectiepreparaat was 38,79 (± 6.35) x 29,09 (± 10.48) x 11.21 (±7.39). Gemiddelde opnameduur was 4dagen (± 9). De meest voorkomende complicaties waren: Wonddehiscentie (36.1%), postoperatieve pijn langer dan 2 weken (27.4%), enige vorm van incontinentia alvi (23.3%) en hevig rectaal bloedverlies waarbij opname geïndiceerd was (9.6%). De redenen voor het toepassen van rectumsparende therapie liepen uiteen. Veel voorkomende redenen voor rectumsparende behandeling waren: Een uitdrukkelijk verzoek van de patiënt (N=17), klinisch (bijna) complete respons (N=9), leeftijd N=6), comorbiditeit (N=5), synchrone metastasen of tweede maligniteit (n=4).Conclusies: Locale excisie na (chemo)radiotherapie, wordt in Nederland toegepast in een heterogene groep patiënten. Wonddehiscentie, langdurige postoperatieve pijn en incontinentia alvi zijn veel voorkomende complicaties.
- Over Bökkerink, G.M.J
- Over Leijtens, J.W.A.
- Over Hingh, I.H.J.T. de
- Over Beets, G.L.
- Over Tanis, P.J.
- Over Ven, A.W.H. van de
- Over Hoff, C.
- Over Graaf, E.J.R.
- Over Wilt, J.H.W de