Predictoren voor Abdominaal Compartiment Syndroom na trauma laparotomie
Strang, S.G., D'Amours, S., Imhoff, D. van, Lieshout, E.M.M. van, Waes, O.J.F. van
Voorzitter(s): Dr. M.J.R. Edwards & drs. H.P.A.M. Poos
Locatie(s): Diezehal
Categorie(ën): Parallelsessie; Topic: trauma
Introductie:
Abdominaal Compartiment Syndroom (ACS) is een bekende en zeer schadelijke complicatie van een trauma laparotomie. Inzicht in de risicofactoren voor ACS na trauma laparotomie kan de chirurg helpen in de beslissing om de buik open te laten of niet. Het doel van deze studie is het identificeren van risico factoren voor ACS na een trauma laparotomie.
Materialen en methoden:
Er werd een retrospectieve analyse van opeenvolgende trauma patiënten welke werden opgenomen in een ‘niveau 1’ traumacentrum in Australië tussen 1998 en 2009 uitgevoerd. Alle patiënten die binnen 24 uur na trauma een trauma laparotomie ondergingen werden geïncludeerd. Risicofactoren voor het ontwikkelen van ACS werden bepaald met behulp van een univariate analyse.
Resultaten:
567 patiënten met een gemiddelde leeftijd van 31 jaar werden geïncludeerd. Van deze patiënten ontwikkelde 8.4% een intra-abdominale druk (IAP) ≥ 20 mmHg, hiervan ontwikkelde 45% ACS. De patiënten met een IAP ≥ 20 mmHg hebben een hogere leeftijd (50 versus 30 jaar; p<0.001), hogere Injury Severity Score (34 versus 20; p<0.001), groter base deficit (9.5 versus 5.0 mmol/L; p<0.001), langere PTT (41 versus 32 seconden; p<0.001), groter volume crystalloïde resuscitatie (6.0L versus 4.3L; p<0.001), meer gebruikte eenheden erytrocyten concentraat (17.0 versus 2.0; p<0.001) en een hogere mortaliteit (23% versus 11%; p=0.008), vergeleken met de groep patiënten met een IAP < 20 mmHg. Temperatuur bij binnenkomst (35.8 versus 36.2; p=0.011) en het gebruik van volbloed (2 versus 4 eenheden; p<0.001) zijn de enige parameters die statistisch significant lager zijn in de groep met een IAP ≥ 20 mmHg;
Conclusie:
Bijna de helft van de patiënten met een IAP van ≥ 20 mmHg na trauma laparotomie ontwikkeld ACS. De 'dodelijke triade' van coagulopathie, acidose en hypothermie moet eerst overwonnen worden voordat gestart wordt met een trauma laparotomie. Excessief gebruik van crystalloïden is een risico factor voor deze ‘triade’ en moet, indien beschikbaar, vervangen worden voor volbloed. Bij het uitvoeren van een trauma laparotomie bij patiënten met positieve ACS risicofactoren, moet de chirurg overwegen de buik niet primair te sluiten.
- Over Strang, S.G.
- Over D'Amours, S.
- Over Imhoff, D. van
- Over Lieshout, E.M.M. van
- Over Waes, O.J.F. van