Leidt een discrepantie tussen het aantal scintigrafisch en peroperatief geïdentificeerde sentinel nodes tot het optreden van meer axillaire recidieven?
Volders, J.H, Parra, R.F.D van la , Bavelaar-Croon, C.D.L, Barneveld, P.C., Ernst, M., Bosscha, K., Roos, W.K. de
Voorzitter(s): Dr. Th. van Dalen & dr. T.S. Aukema
Locatie(s): Brabantzaal
Categorie(ën): Parallelsessie; Topic: onco & endocrien
De schildwachtklier procedure is op dit moment de standaard methode voor de axillaire stadiëring van patiënten met een mammacarcinoom. Identificatie van de sentinel node(s) (SLNs) wordt gedaan middels een peri-areolaire injectie van een radioactieve tracer en het maken van een lymphoscintigram preoperatief. Daarnaast wordt direct pre-operatief patent blauw geïnjecteerd om visuele identificatie van SLNs te vergemakkelijken. Bij een aanzienlijk deel van de patiënten is er een discrepantie tussen het aantal scintigrafisch geïdentificeerde sentinel nodes en het aantal gevonden klieren tijdens de operatie. In deze studie toetsen we de hypothese of het onvermogen om alle scintigrafisch geïdentificeerde schildwachtklieren peroperatief te identificeren kan leiden tot een toename van axillaire recidieven.
Alle patiënten die een sentinel node procedure ondergingen tussen januari 2000 en juli 2010 in twee Nederlandse ziekenhuizen werden geïdentificeerd (uit een prospectief verzamelde database). Het aantal scintigrafisch en peroperatief gevonden SLNs werden gedocumenteerd en vergeleken. Axillaire recidieven werden tijdens follow-up vastgesteld.
1370 patiënten ondergingen een SLN biopsie. De mediane follow-up bedroeg ruim 58,5 maanden (12 tot 157). Bij 139 patiënten (10,1%) was het aantal peroperatief gevonden SLNs minder dan tijdens scintigrafie (groep 1); bij 361 (26,4%) werden preoperatief meer SLNs peroperatief geïdentificeerd dan scintigrafisch (groep 2) en in 870 (63.5%) was dit aantal gelijk (groep 3). Het optreden van axillaire recidieven was niet significant verschillend tussen de 3 groepen (groep 1 0/139 ptn, 0%; groep 2 10/361 ptn, 2,7%; groep 3 18/870 ptn, 2,1%). Daarnaast werden geen significante verschillen gevonden tussen de drie groepen met betrekking tot leeftijd, tumorkarakteristieken, chirurgische procedure, adjuvante therapie, sentinel node status of metastasen op afstand.
Conclusie
Het risico op axillaire recidieven is niet verhoogd wanneer niet alle scintigrafisch geïdentificeerde schildwachtklieren peroperatief worden verwijderd.
- Over Volders, J.H
- Over Parra, R.F.D van la
- Over Bavelaar-Croon, C.D.L
- Over Barneveld, P.C.
- Over Ernst, M.
- Over Bosscha, K.
- Over Roos, W.K. de