Sluiten Toegevoegd aan Mijn programma.
Sluiten Verwijderd uit Mijn programma.
Terug Home

NVvH

donderdag 30 mei 2013 18:20 - 18:30

Is laparoscopische cholecystectomie à froid noodzakelijk na conservatief behandelde acute cholecystitis?

Firmansyah, A., Koffeman, G.I., Tets, W.F. van, Wagensveld, B.A. van, Vrouenraets, B.C.

Voorzitter(s): Drs. J.W.A. Leijtens & dr. B.A. Grotenhuis

Locatie(s): Brabantzaal

Categorie(ën): Parallelsessie; Topic: GE

De behandeling van keuze van acute cholecystitis is laparoscopische cholecystectomie binnen een week. Dit is kosten-effectiever dan het laten afkoelen van de acute ontsteking gevolgd door uitgestelde (meestal na zes weken) cholecystectomie met o.a. een kortere opnameduur. Echter, niet alle patiënten ondergaan een cholecystectomie in het acute stadium o.a. vanwege bij presentatie al lang bestaande klachten, reeds aanzienlijke verbetering van klachten, co-morbiditeit en logistieke redenen. In de regel krijgen deze patienten een uitgestelde cholecystectomie maar de noodzaak van een dergelijke ingreep bij afwezigheid van (rest)klachten is onbekend. Doel van onze studie was om te beoordelen of definitief conservatieve behandeling van acute cholecystitis bij patienten die na zes weken klachtenvrij zijn veilig is. Bovendien onderzochten wij welke factoren geassocieerd zijn met recidief galsteenklachten en een laparoscopische cholecystectomie tijdens follow-up.

Wij selecteerden alle patienten met een acute calculeuze cholecystitis die tussen 2004 en 2011 conservatief behandeld werden. Het betrof patienten die in de acute fase geen laparoscopische cholecystectomie hadden ondergaan en bij hun polikliniekbezoek zes weken daarna klachtenvrij waren. Om diverse redenen werd bij hen besloten tot een definitief conservatieve behandeling. Follow-up gegevens werden verkregen uit de patientendossiers en via de huisarts. Patienten kregen vragenlijsten toegestuurd met betrekking tot galsteen gerelateerde recidiefklachten en eventuele laparoscopisch cholecystectomie. De cumulatieve kans voor het hebben van recidiefklachten en cholecystectomie werd afgebeeld in Kaplan-Meier curves.

Drieënveertig patiënten werden geïncludeerd. Mediane follow-up was 21 maanden na de beslissing tot definitief conservatieve therapie. Een acute cholecystectomie werd bij 34 patiënten (79%) niet uitgevoerd omdat de symptomen in de acute fase reeds spontaan verbeterden. Het ontbreken van (rest)klachten was voor 22 patiënten (51%) de reden te kiezen voor definitief conservatieve behandeling. Na een gemiddelde follow-up van 30 maanden waren 17 patiënten (40%) symptoomvrij, en 26 (60%) kregen recidiefklachten, na een gemiddelde follow-up van 23 maanden. Vijftien van de 26 patienten met recidiefklachten (58%) ondergingen alsnog een laparoscopisch cholecystectomie, gemiddelde na 14 maanden. Uiteindelijk ondergingen 28 patiënten (65%) geen cholecystectomie tijdens follow-up. Pancreatitis (2), cholangitis (2), cholecystitis (2) en choledocholithiasis (2) waren de ernstigste recidieven. Geen sterfte aan galsteen gerelateerde ziekte deed zich voor. Wij konden geen voorspellende factoren vinden voor recidiefklachten of cholecystectomie.

Conclusie:

Na een gemiddelde follow-up van 21 maanden na conservatief behandelde acute cholecystitis had 40% van de patiënten geen recidiefklachten. Slechts bij een op de drie patiënten was alsnog een cholecystectomie noodzakelijk. Het is onvoorspelbaar welke patienten recidiefklachten krijgen na een conservatief behandelde acute cholecystitis.

Figuur 1. Recidief .