NVvH

Doel van deze studie is te evalueren of een lange termijn follow up, zoals nu de standaard is na endovasculaire uitschakeling (EVAR) van een abdominaal aneurysma (AAA), ook noodzakelijk is voor patiënten ≥ 80 jaar.

 Tussen september 1996 en oktober 2011 werd bij 132 patiënten ≥ 80 jaar een EVAR procedure verricht in verband met een abdominaal of thoracaal aorta aneurysma. Alle patiënten werden geïncludeerd in een prospectieve database. Follow-up bestond uit een controle CT-A acht weken na de ingreep waarna jaarlijks een duplex en buikoverzichtsfoto of CT-A. Ontbrekende follow-up data werden aan de hand van het elektronische ziekenhuis registratie systeem achterhaald of er werd telefonisch contact gelegd met de desbetreffende huisartsen of behandeld chirurgen indien de follow-up niet plaatsvond in ons centrum.

 De gemiddelde leeftijd van de patiënten was 82.6 ± 2.4 jaar waarbij de meerderheid man was (86.4%). De gemiddelde follow-up betrof 39.2 ± 29.7 maanden. In totaal ondervonden 50 patiënten (37.9%) 77 stent of procedure gerelateerde complicaties na gemiddeld 11.9 ± 15.3 maanden. De meest voorkomende complicatie was een type II endoleak (29 patiënten, 21.9%). Twaalf patiënten (9.1%) ondergingen in totaal 15 reïnterventies na gemiddeld 29 ± 27.5 maanden. Van de 75 patiënten die overleden gedurende de follow-up periode was er in slechts 3 gevallen sprake van een AAA gerelateerde doodsoorzaak. Deze patiënten overleden gemiddeld 41.9 ± 36.9 maanden na de ingreep.

In conclusie, deze studie laat zien dat slechts een klein percentage patiënten ≥ 80 jaar een reïnterventie ondergaan na een EVAR procedure, zonder dat dit effect heeft op de aneurysma gerelateerde mortaliteit. Daarnaast treed het merendeel van de complicaties op binnen het eerste jaar na de procedure. Een kortere, aangepaste follow-up lijkt dus gerechtvaardigd in deze patiëntengroep.