Veranderingen in abdominale aorta aneurysmata (AAA) sterfte in Nederland
Nelissen, B.G.L., Moll, F.L., Vaartjes, I., Herwaarden, J.A.
Voorzitter(s): Drs. A.M. Wiersema & dr. R.C. Minnee
Locatie(s): Zaal 82/83
Categorie(ën): Parallelsessie; Topic: vaten
We onderzochten de trends in sterfte aan geruptureerde en niet- geruptureerde abdominale aorta aneurysma (AAA) van 1980 tot 2010 in Nederland.
Gegevens over alle sterfgevallen werden verstrekt door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) Nederland. De data was gestratificeerd naar 5-jaars leeftijdsgroepen, leeftijd en geslacht. Algemene sterftecijfers werden gestandaardiseerd naar de Nederlandse bevolking van 2010. Sterfte aan geruptureerde AAA zijn selecteerd middels International Classification of Diseases (ICD)-9 codes 441.3, 441,5, 441.6, en ICD-10 codes I71.3 en I71.8. Sterfte aan niet-geruptureerde AAA zijn geselecteerd middels ICD-9 codes 441.4, 441.7, en ICD-10 codes I71.4 en I71.9.
Wij zagen dat de totale AAA sterfte toenam van 1062 overleden patiënten in 1980 tot 1728 in 1995 en sindsdien een daling tot uiteindelijk 930 overledenen in 2010. Deze daling werd veroorzaakt door een afname van het aantal geruptureerde AAA doden, dit terwijl de niet-geruptureerde AAA mortaliteit is toegenomen. Dit verschil is zichtbaar in alle leeftijdsgroepen en bij beide geslachten. Hoewel er een daling van totale AAA sterfte wordt gezien sinds 1995, laat het aantal mannelijke doden van 85 jaar en ouder een aanhoudende stijging zien (60 doden in 1980 en 155 doden in 2010).
Conclusie. Het overlijden als gevolg van AAA (zowel door ruptuur als en niet-ruptuur) neemt af sinds 1995. Hoewel mortaliteit als gevolg van een ruptuur snel daalt voor beide geslachten, neemt aneurysma gerelateerde de mortaliteit zonder ruptuur gestaagd toe. Veranderingen in behandeling en beleid, met name ook bij oudere patiënten, kunnen ten grondslag liggen aan de toename van de niet-geruptureerde AAA sterfgevallen.
